Randvoorwaarden op een rij

Noodzakelijke instrumenten op lokaal, provinciaal en landelijk niveau

Duurzaam

Waar zetten we op in?

  • We zetten in op het beperken van de warmtevraag
  • Er is aandacht voor koeling en ventilatie
  • Wageningen zet niet in op grootschalig gebruik van biomassa
  • Wageningen ontmoedigt hout-en pelletkachels als hoofdverwarming
  • Een tijdelijke collectieve (wijk)gasketel is toegestaan als stap naar een duurzaam warmtenet
  • Bij aansluiting op het warmtenet heeft bestaande bouw voorrang
  • We gaan uit van lokale opwek van elektriciteit
  • Wageningen zet niet actief in op lokale opwek van groen gas voor verwarming van woningen
  • Bij grootschalige projecten gebruiken we bewezen technieken, op kleinere schaal is ruimte om te experimenteren.

Haalbaar

Hoe maken we het haalbaar voor iedereen?

  • Iedereen moet weten waar hij aan toe is
  • De gemeente en woningcorporaties ondersteunen inwoners en bedrijven doorlopend
  • Wijken krijgen de gelegenheid en tijd om zich uit te spreken over hun wensen
  • We nemen de tijd te nemen om te leren van ervaringen
  • We gaan uit van 2040 als ijkdatum voor een CO2-neutraal verwarmd Wageningen

Betaalbaar

Wat hebben we nodig van het Rijk?

  • De transitie moet sociaal en eerlijk zijn, de woonlasten voor lage inkomens moeten gelijk blijven
  • Financiële ondersteuning aan gemeenten

Lokale randvoorwaarden –
duurzaamheid

Beperken warmtevraag

Een belangrijke stap in de warmtetransitie bestaat uit het beperken van de warmtevraag. Dit doen we door toepassing van de best mogelijke isolatie gegeven het bouwjaar en de verwachte levensduur van een gebouw.

Het aansluiten op een warmtenet mag geen rem zetten op besparing op de warmtevraag.

Uitgaan van lokale opwek en opslag

De elektriciteit die nodig is voor warmteoplossingen wordt zoveel mogelijk lokaal (op de gebouwen, in de wijk, of bij de bron) opgewekt. In Wageningen zal ook ingezet worden op lokale opslag van duurzame energie (warmte/koude/elektriciteit).

Koeling en ventilatie

Aandacht voor koeling en ventilatie maakt onderdeel uit van de ‘spijtvrije standaard’ en het wijkplan.

Warmtenet

Als het gaat om aansluiting op het toekomstig grootschalig warmtenet (restwarmte / geothermie) heeft bestaande bouw voorrang boven nieuwbouw. Het verzorgen van duurzame warmte voor bestaande bouw is lastiger dan voor nieuwbouw. Bij nieuwbouw zal/kan/moet direct in het ontwerp al ingezet worden op zeer goede isolatie en laagtemperatuur warmtevraag. Deze is gemakkelijker individueel in te vullen. Mogelijk kan in de toekomst nieuwbouw wel aangesloten worden op de retourleiding (= lagere temperatuur) van het warmtenet.

Biomassa

Wageningen zet niet in op langdurige en grootschalige inzet van biomassa voor invulling van de warmtevraag. Indien voor een wijkoplossing gebruik van biomassa onoverkomelijk is wordt dit altijd separaat ter besluitvorming aan de raad voorgelegd.Toelichting: In Wageningen is bij inwoners en raad van oudsher gering draagvlak voor grootschalige inzet van biomassa. Ook landelijk roept dit steeds meer vragen op. SER heeft onderzoek gedaan naar de rol van biomassa in de transitie naar een CO2-neutrale en circulaire economie. Lees hier het rapport ‘Biomassa in balans’ >>

Hout en pelletkachels

Individuele houtkachels als hoofdverwarming worden ontmoedigd in verband met overlast door slecht stookgedrag.Schoner stokende pelletkachels worden alleen meegenomen als optie voor het buitengebied indien er geen alternatief beschikbaar is.

De wens van aardgas af te komen kan leiden tot een toename van het aantal huishoudens dat met behulp van houtkachels gaat stoken. Er is de laatste jaren toenemend zorg over geur- en fijnstofoverlast van houtkachels. Meer bewustwording rond de nadelige effecten en mogelijk zelfs (lokale) regelgeving wordt gezien als belangrijk.

Groen gas

In Wageningen zetten we niet actief in op lokale opwek van groen gas voor het verwarmen van woningen.

Toelichting: Landelijk is er slechts weinig groengas beschikbaar. In het Klimaatakkoord wordt ingezet op 2 miljard m3 groen gas dat ten dele ook zal worden ingezet voor industrie en mobiliteit. Wat resteert kan (al dan niet ingevoed in het bestaande collectieve gasnet) gebruikt worden voor het verwarmen van woningen.

Individuele warmtepomp

In Wageningen zal de individuele warmtepomp alleen gestimuleerd worden bij goed geïsoleerde woningen of n combinatie met stevige na-isolatie en waar mogelijk ook in combinatie met eigen opwek van energie.

De huidige generatie warmtepompen werken het meest efficiënt in laag-temperatuursystemen van reeds goed geïsoleerde woningen. Voor het gebruik van een warmtepomp is elektriciteit nodig. Zonder aanvullende opwek van duurzame elektriciteit wordt de afhankelijkheid van de nog niet voldoende duurzame electriciteitsmix in Nederland vergroot en stijgt de CO2 -uitstoot.

Waterstof

Waterstof wordt alleen toegepast daar waar het gasnet relatief jong is en gekoppeld is aan (lokale) opwek van duurzame elektriciteit.

Waterstof is een energiedrager. Het moet éérst duurzaam geproduceerd worden. Dit kan uit water mbv elektrolyse. Daar is veel elektriciteit voor nodig. Groot voordeel van waterstof is dat het opgeslagen kan worden. Zonnepanelen en windturbines produceren elektriciteit, maar niet altijd op het moment dat die elektriciteit ook gebruikt kan worden. In de wintermaanden is veel behoefte aan energie, terwijl met name zonnepanelen juist in die periode maar weinig stroom leveren. Het zou heel interessant kunnen zijn om de elektriciteit van windmolens en zonnepanelen op grote schaal om te zetten in waterstof.