Veelgestelde vragen

Staat uw vraag er niet tussen?

Laat het ons weten! Stel uw vraag via het contactformulier >>

We zullen er steeds meer voor moeten gaan zorgen dat we energie gaan opslaan en slim gaan uitwisselen. Doen we dat niet dan kan in tijden dat de zon veel schijnt en de wind veel waait het electriciteitsnet overbelast raken, en moeten we in tijden dat zon en wind minder meehelpen nog steeds gebruik maken van niet duurzaam opgewekte energie. We gaan er daarom voor zorgen dat in zoveel mogelijk wijk uitvoeringsplannen ook aandacht komt voor:

  • Smartgrids voor het slim onderling (lokaal) uitwisselen van energieoverschotten
  • Accu’s om energie op te slaan (bv van elektrische auto’s, buurtbatterijen, huisbatterij)
  • Warmtebuffers voor dag/nacht opslag (zonneboilers) of seizoensopslag (Hocosto / Ecovat
Geothermie wordt ook wel aardwarmte genoemd. Bij ultra diepe geothermie wordt warmte gehaald uit de ondergrond, tot 7 km diep. Een geothermie-installatie bestaat uit twee naast elkaar liggende bronnen of putten in een diepe grondlaag die heet water uit deze grondlaag naar boven pompen en het afgekoelde water weer terug injecteren in de bodem. In Nederland is de techniek 10 jaar en in andere landen al vele tientallen jaren in gebruik. Aardwarmte kan aardgas vervangen in bijvoorbeeld de glastuinbouw, de industrie of voor het verwarmen van gebouwen.

 

Het lijkt inderdaad heel gek. Inwoners van Nederland worden door hun overheid gestimuleerd om van het aardgas af te stappen. En inwoners van Duitsland krijgen van hun overheid soms een subsidie om áán het aardgasnet te gaan. Waarom die verschillen?

In de strijd tegen klimaatverandering zal ieder land de voor hen logische ‘volgende stap’ moeten zetten. Nederland kookt en stookt al sinds de jaren zestig op het fossiele aardgas. Voor ons is de ‘volgende stap’ overstappen op duurzamer bronnen dan alleen aardgas. In Duitsland wordt in veel gevallen nog gestookt op olie. Olie stoot nóg meer CO2 uit dan aardgas. Het overstappen op aardgas levert in Duitsland dus juist een CO2 besparing op.

De discussie over kernenergie wordt gehouden op landelijk niveau. Bij het maken van elektriciteit in een kerncentrale komt geen CO2 vrij. In dat opzicht is kernenergie dus veel klimaatvriendelijker dan aardgas, aardolie of steenkool.

Maar er zijn een aantal belangrijke nadelen aan kernenergie. Kernafval is erg gevaarlijk voor mens en milieu. Het raakt pas na honderdduizenden jaren jaar zijn radioactiviteit kwijt. Ook als je het diep in de grond stopt weet je niet zeker of het daar al die tijd veilig blijft. Daarnaast is de bouw van een kerncentrale erg duur. De overheid zal altijd mee moeten betalen. De overheid bewaart het kernafval, betaalt voor de beveiliging van de kerncentrale en afvaltransporten. En als er een ongeluk gebeurt betaalt de overheid de schade. Een kerncentrale moet uiteindelijk ook weer een keer afgebroken worden. Dat is veel duurder dan het slopen van een gewone elektriciteitscentrale. Ook het veilig opslaan van het kernafval is heel duur.

Nederland heeft op dit moment één kerncentrale die elektriciteit maakt. Die staat in Borssele in Zeeland. In totaal maakt deze centrale maar 4 procent van al onze elektriciteit. Dat kan prima worden opgevangen door de gascentrales die we al hebben. En op de langere termijn door schone energie.

Kernenergie gemaakt met thorium (in plaats van uranium) wordt vaak genoemd als betere bron van kernenergie. De grootste voordelen zouden zijn dat er minder restafval achterblijft dat veel minder lang radioactief blijft. Maar een thoriumreactor bestaat nog niet en zal nog tientallen jaren op zich laten wachten. Voor de korte termijn is dit dus geen oplossing.

Er zijn zeker kansen voor het winnen van warmte uit de rivier. Vooral het winnen van warmte uit de Rijnhaven is kansrijk. De gemeente gaat deze kans de komende tijd verder in beeld brengen.

Voor het ‘uitkoppelen’ van restwarmte uit water is wel een warmtenet nodig. En het aanleggen van warmtenetten kost veel geld. Het is vaak alleen betaalbaar als veel partijen in een klein gebied veel warmte af willen nemen.

Dat weten we nog niet precies. Er wordt in Nederland wel veel onderzoek naar gedaan. Dat valt niet mee want de kosten hangen hangt af van uw woningtype en hoe u in uw huis leeft.

Het Planbureau voor de Leefomgeving heeft kort geleden een onderzoek gedaan. Op deze cijfers is landelijk best veel kritiek geweest. De gemeente Wageningen deelt een deel van die kritiek.

Wij hopen in Wageningen meer grip te krijgen op de kosten per huishouden. Dit doen we tijdens het maken van de Wijk Uitvoerings Plannen. Wij willen zoveel mogelijk inzetten op collectieve uitvoering. Dat maakt het betaalbaarder dan individueel. En we willen huiseigenaren en huurders zoveel mogelijk ontzorgen.

De overstap naar duurzame warmte is een lang proces. Het wordt over zeker twintig jaar uitgesmeerd. Net als de kosten. Op weg naar aardgasvrij wonen zijn er keuzemomenten waarbij u alvast kleine stapjes kunt maken. Bijvoorbeeld wanneer uw ketel stuk gaat en vervangen moet worden.

Heeft u vragen of wilt u advies? Het Energieloket helpt u verder.

Zeker moeten we in de warmtetransitie ook nadenken over koeling van onze huizen. Nu het klimaat opwarmt zullen we steeds vaker te maken krijgen met lange warme (na)zomers en hittegolven.

Koelte in de zomer wordt in de toekomst net zo belangrijk als warmte in de winter. Tijdens een hittegolf is het lastig een woning koel te houden. En als bewoner is het dan lastig het hoofd koel te houden. Voor je het weet sta je bij de bouwmarkt om een airco op wieltjes te kopen. Die airco’s gebruiken heel veel energie. En, wat niet iedereen weet, ze warmen onze wijken op! De warmte wordt namelijk via een slang uit het raam weer naar buiten gestuurd. De koelmiddelen in veel airco’s zijn broeikasgassen die sterker zijn dan CO2. Nóg een reden om goed na te denken voor u er een koopt.

Gelukkig zijn er ook milieu (en mens) vriendelijker manieren om huis en hoofd koel te houden.

Tips voor een koel huis en een koel hoofd

  • Overdag alles dicht en ’s avonds het huis door laten luchten
  • Buitenzonwering (werkt beter dan binnenzonwering of gordijnen)
  • Groene tuin
  • Isolatie van gevel en dak (kan ook met groendak)
  • Plafondventilator (deze heeft maar weinig stroom nodig doordat hij alleen lucht verplaatst. Het is ook gezonder voor een mens omdat de temperatuurverschillen tussen buiten en binnen minder extreem zijn)
  • Bodemwarmtepomp met vloerkoeling

Hoe heeft de gemeente aandacht voor koeling?

  • We maken wijken klimaatbestendiger door maatregelen te nemen en bewoners bewust te maken.
    Wist u dat u uw huis een stuk koeler kunt houden door uw tuin groen te maken? Een tuin met veel steen wordt in de zomer heel heet. De stenen houden de warmte van de zon vast. En die warmte komt ook uw huis binnen.
    U kunt subsidie krijgen voor het groener maken van uw tuin, dak of gevel of als u al het regenwater van uw dak opvangt in uw eigen tuin.
  • We nemen het onderwerp ‘Koeling’ mee in Wijk Uitvoerings Plannen.
    De gemeente Wageningen gaat de komende jaren aan de slag om samen met wijken ‘Wijk Uitvoerings Plannen’ te maken voor de warmtetransitie. Koeling zal daar een belangrijk onderdeel in zijn.

Het elektriciteitsnet heeft in grote delen van Nederland een upgrade nodig om de energietransitie aan te kunnen. We gaan meer elektriciteit gebruiken voor verwarmen (warmtepompen). En we leggen steeds meer zonnepanelen op onze daken. De elektriciteit die we niet zelf gebruiken in huis wordt terug geleverd aan het net. Het elektriciteitsnet krijgt het dus zwaar te verduren.

Het elektriciteitsnet in Nederland is er voor ons allemaal. Iedereen kan er gebruik van maken. En iedere gebruiker betaalt mee aan de aanleg en het onderhoud. De beheerder van het elektriciteitsnet in Wageningen (en onze hele regio) is Liander. De gemeente Wageningen en Liander werken samen in de energietransitie.

De gemeente zal Liander vroeg betrekken bij alle projecten die invloed hebben op het elektriciteitsnet. Liander is al bezig met het verzwaren van netten. Ze gaan daar ook de komende 20 jaar mee door. Samen kunnen we op die manier voorkomen dat het net in Wageningen overbelast raakt.

Dit is een vraag die sommige inwoners stellen. Wij zien dat toch wat anders. Het klimaatprobleem is niet iets is dat de overheid in haar eentje heeft veroorzaakt.

De westerse mens wil al meer dan 100 jaar ‘meer, beter en sneller’. Sinds de opkomst van fabrieken zijn we daarvoor heel veel fossiele brandstoffen gaan opgraven. We hadden die nodig voor het maken van onze spullen, ons voedsel en onze reizen. En voor het bouwen en verwarmen van onze gebouwen. Als fossiele brandstoffen worden verbrand komt er CO2 vrij. De verzameling van CO2 in onze atmosfeer zorgt ervoor dat de aarde haar warmte niet meer kwijt kan. Dit heet het broeikaseffect.

Omdat dit ons allemaal raakt zullen we ook allemaal mee moeten betalen aan de oplossing. Overheden, industrie én burgers. Waarbij we er natuurlijk goed op moeten letten dat ieder een eerlijk deel betaalt.

Over de vraag of waterstof een belofte is voor de toekomst wordt veel gesproken in Nederland. Veel mensen zien het als belofte omdat waterstof getransporteerd kan worden via het al bestaande gasnet. Hiervoor zijn maar kleine aanpassingen nodig in het net. Ook in huis zijn relatief kleine aanpassingen, of maximaal een nieuwe ketel, nodig. En waterstof kan uit elektriciteit geproduceerd worden op het moment dat er een overschot is aan elektriciteit. Vooral dat laatste is een onmisbare kwaliteit in de energietransitie. We zullen namelijk steeds meer elektriciteit gaan produceren via zonnepanelen en vooral windmolens. Dat kan alleen als de zon schijn en de wind waait. Maar we verbruiken ook elektriciteit op bewolkte of windstille dagen, of ’s nachts. En ook warmte (die we in de toekomst steeds vaker met elektriciteit op gaan wekken) gebruiken we grotendeels in de winter als zonnepanelen minder goed presteren. Waterstof kan dus gemaakt worden op momenten dat er een overschot is aan duurzaam geproduceerde elektriciteit. Het kan relatief gemakkelijk opgeslagen worden voor gebruik in de winter. Juist vanwege die kwaliteit van waterstof kun je er gemakkelijk heel enthousiast voor worden!

Toch heeft waterstof voorlopig vooral de toekomst op grote schaal, in de industrie en het transport, en veel minder voor het verwarmen van woningen. Die visie wordt ondersteund door TNO en het Expertise Centrum Warmte.

Drie manieren van productie

Het produceren van waterstof kan op drie manieren. Het resultaat daarvan wordt ook wel grijze / blauwe of groene waterstof genoemd.

  • Blauwe waterstof: Als bij het productieproces uit fossiele brandstoffen de vrijkomende CO2 wordt afgevangen, en deze wordt hergebruikt of wordt opgeslagen in bijvoorbeeld lege gasvelden, dan spreken we van blauwe waterstof. Dit leidt wel tot minder CO2-uitstoot.
  • Groene waterstof: Waterstof kan ook worden gemaakt van water met behulp van elektriciteit (elektrolyse). Als hierbij hernieuwbare elektriciteit wordt gebruikt spreken we van groene waterstof. Op deze manier kan met waterstof grootschalig hernieuwbare energie worden opgeslagen en vervoerd. Bij dit proces treedt ongeveer 30% energieverlies op.
  • Grijze waterstof wordt geproduceerd uit aardgas of andere fossiele brandstoffen. Daarbij komt CO2 vrij en dit leidt niet tot minder CO2-uitstoot. Dit is momenteel verreweg de meest toegepaste manier om waterstof te maken.

Dilemma’s

Waterstof heeft toekomst als middel om energie op te slaan. We kunnen het op grote schaal inzetten voor de transportsector en voor de industrie. Maar waarom niet (op grote schaal) voor woningen in Wageningen?

De grootste dilemma’s bij waterstof voor het verwarmen van gebouwen zijn op dit moment:

  • Het is gemakkelijk waterstof te maken, maar het is niet gemakkelijk om duurzame waterstof te maken.
  • De productie van duurzame (groene of blauwe) waterstof is nog veel te duur. Het kan op dit moment niet concurreren met andere strategieën. Bij de productie van groene waterstof (d.m.v. elektrolyse met duurzaam opgewekte stroom) treedt ongeveer 30% energieverlies op.
  • Je kunt niet gebouw voor gebouw omschakelen op waterstof. De hele wijk zal mee moeten doen. Het is daarom qua tempo vergelijkbaar met de omschakeling naar warmtenetten. Ook dat zijn langdurige processen. Waarbij dus op dit moment warmtenetten qua duurzaamheid en stand der techniek een voorsprong hebben op waterstof oplossingen voor de gebouwde omgeving.
  • Als de ‘belofte van waterstof’ een rem zet op de transitie naar andere, nu al beschikbare duurzame warmte, dan remt dit ook het terugdringen van onze CO2-uitstoot. Dit is gezien de ernst van het klimaatprobleem niet wenselijk.
  • Bij waterstof wordt vaak het argument van het reeds beschikbare (aardgas)netwerk gebruikt. Dit argument gaat net zo goed op voor het overstappen op (hybride)warmtepompen; daarvoor ligt de infrastructuur ook al in de grond: het elektriciteitsnetwerk. En de netbeheerders van de elektriciteitsnetwerken hebben al bekend gemaakt dat ze op grote schaal gaan investeren om die netwerken op zwakke plekken te gaan verzwaren om te voorkomen dat het net overbelast raakt als al die warmtepompen tegelijk stroom vragen of als al die zonnepanelen tegelijk willen leveren.
  • Landelijk kiest het Expertise Centrum Warmte er daarom voor Waterstof alleen toe te passen voor wijken waar geen andere geschikte strategieën zijn (of nog duurder zijn).

Meer weten?

Het doel van de warmtetransitie is om over te stappen van aardgas naar duurzamer (CO2 vrije) warmte.

We gaan niet ineens van het aardgas af, dat gebeurt stap voor stap. Het duurt nog tientallen jaren tot heel Nederland verwarmd wordt zonder aardgas. Voor het maken van energie zal Nederland nog tientallen jaren afhankelijk zijn van aardgas. Maar we gaan er wel steeds minder van gebruiken.

Heel belangrijk is dat we het aardgas dat we nog nodig hebben ‘slim’ gebruiken. Aardgas is bij verbranding schoner dan andere fossiele brandstoffen. Ook is het geschikt voor het maken van hele hoge temperaturen. We moeten het vooral daar gebruiken waar dit het meeste ‘oplevert’. Sommige industrie (bijvoorbeeld de hoogovens) en elektriciteitscentrales hebben hoge temperaturen nodig. Zij zullen daarom voorrang krijgen op het gebruik van aardgas. Uiteindelijk zal ook de industrie in 2050 CO2-neutraal moeten zijn. Huizen in Wageningen die in de toekomst elektrisch verwarmd gaan worden, maken de overstap van een eigen HR-ketel (100% aardgas) naar een hybride-ketel (60% minder aardgas) naar een elektrische warmtepomp (100% minder aardgas). Woningen die aangesloten worden op een warmtenet gaan van een eigen HR-ketel (100% aardgas) naar een aansluiting op warmtenet waarvan de bron alleen aardgas gebruikt op ‘piek’momenten (collectief 90% minder aardgas).

In alle gevallen is het belangrijk dat we ervoor zorgen dat de stroom die nodig is zoveel mogelijk duurzaam wordt opgewekt. Te beginnen met zonnepanelen op alle daarvoor geschikte daken in Wageningen. Daarnaast zal er ook op grotere schaal duurzame stroom moeten worden opgewekt. Dat kan met zonnevelden en windmolens.